HOGELAND/BEDUM – Heel mooi klinkt Für Elise uit drie gitaren. Tom en Daniek met hun leraar Martijn Döling van de muziekschool Hunsingo zorgen voor de prelude op de officiële installatie van het Jeugd Cultuur Fonds voor de Hogeland gemeenten.
Ze zijn net uit de les geplukt. De jeugdige muzikanten die aanvankelijk zouden spelen zijn door ziekte getroffen. Het is een passende opening die naadloos aansluit bij de woorden van Marriette de Visser, wethouder van De Marne. “Een kind dat danst, tekent of zingt is een gelukkig kind. Onderzoek heeft dat uitgewezen,” zei ze. “Steeds meer blijkt dat creatieve ontwikkeling ook van belang is voor de cognitieve en sociale ontwikkeling. Dat lijkt tegenstrijdig met de trend dat er op basisscholen steeds minder tijd en aandacht is voor bijvoorbeeld gedegen muziekonderwijs.” De wethouder memoreerde dat 1 op de 9 kinderen in Nederland opgroeit in een gezin dat moet rondkomen van een minimuminkomen. Bijna de helft van die kinderen doet niet mee aan activiteiten als sport, muziek, of andere hobby’s.
De vier gemeenten steken jaarlijks een bedrag van 10.000 euro in het Jeugd Cultuur Fonds. ”Omdat we het belangrijk vinden dat alle kinderen kunnen meedoen, ongeacht de financiële situatie thuis,” stelde zij, bijgestaan door de Winsumer wethouder Marc Verschuren en de Bedumse bestuurscollega Menne van Dijk.
Na het muzikaal intermezzo van Milan van Dam op de piano, overhandigde Frans Musters, directeur van de Rabobank Noord-Groningen aan Martina Haak van het fonds een symbolische cheque van 5.000 euro, beschikbaar gesteld uit het fonds van de bank voor sociale initiatieven. In de gehele provincie heeft het fonds vorig jaar 485 kinderen op de creatieve weg geholpen. Komend jaar moeten er dat zo’n 700 worden.
