Zendeling in de tropen: het verhaal van een grootvader

Uit het besproken werk.
Uit het besproken werk.
Foto: Artists United

In 1918 werd Jan Bijlefeld door de Utrechtse Zendings Vereniging uitgezonden naar het eiland Halmahera op de noordelijke Molukken. Jan Wieringa uit Wehe-den Hoorn zette het verhaal over het gezin Bijlefeld in het voormalig Nederlands-Indië op papier. Een doorkijk in het leven van een gezin in wat men toen De Gordel van Smaragd noemde.

‘Mijn geliefd tropenland’ is het tweede deel over het welen wee van het zendelingengezin. Eerder schreef Wieringa in ‘Het geluid van de tropen’ over de eerste periode van de uitzending. Het tweede deel begint bij het eerste verlof – de lange vakantie – in Nederland in 1927 van Jan Bijlefeld, zijn vrouw Johanna, en de in Indië geboren kinderen Miek, Jan en Wim. Het boek is gebaseerd op nagelaten aantekeningen, de teksten van lezingen en andere bronnen. Aangevuld met de verbeelding van de auteur. Je zou het tegenwoordig faction noemen, feiten en fictie tot een roman samengebracht, een roman over het gezin van de grootvader van de auteur.

Eerder heeft Wieringa een signeersessie gehouden bij DA The Read Shop Van Duinen in Leens. Dat is mooi, maar het boek verdient nog iets meer aandacht.

Wie ervaring heeft met leven in de tropen, zal allerlei stukjes als heel herkenbaar lezen. Het hoofdstukje Malaria bijvoorbeeld. Er kwam een vervaarlijke man bij het gezin op bezoek. Zijn vrouw was ziek en hij kwam om hulp. Bijlefeld maakte uit het verhaal op dat zij aan malaria zou lijden. Met een flesje kininepillen en zijn echtgenote Johanna trok hij het binnenland in naar het dorp van de bezoeker. “De man wijst zijn hut aan. Binnen ligt een vrouw op een soort rotan veldbed te kermen van de pijn. Ze transpireert hevig. De man lijkt in paniek te raken bij de aanblik van zijn vrouw. Jan besluit hem mee naar buiten te nemen, Johanna weet wel raad met de vrouw; zij is gewend om met malariapatiënten om te gaan. Na de vrouw eerst met koel water gewassen te hebben, geeft haar, haar eerste kininepil.” Het is exemplarisch voor de blanke, die is uitgerust met geneesmiddelen en als zendeling, ambtenaar, of in welke functie dan ook, wordt bezocht voor medische hulp. Ja, zij beschikten over de kininetabletten, het middel tegen de alles eeuwig slopende malaria. Dit verhaal herkent iedereen in eigen vorm die in de tropen heeft gewerkt.

De charme van het boel van Wieringa is dat het een inkijk geeft op hoe een Nederlander die zeer langdurig in de tropen verbleef tegen een vreemde cultuur aankeek, dat beleefde, onderging. Je zult als zendeling aan het werk zijn en er na jaren achter komen dat de inheemse godsdienst, gebaseerd op voorouderverering toch krachtiger is dan het christendom. En als mensen kiezen moeten tussen wat de voorouders willen, kenbaar maken en het christendom, de traditionele godsdienst toch de sterkste is. Het is ook fascinerend om te lezen hoe de zendeling de magisch-religieuze praktijken van de inheemse bevolking beleefde. Die fameuze ‘stille kracht’, de onverklaarbare gebeurtenissen, de vreemde krachten die in het dagelijkse leven inwerken, het blijft voor de zendeling een fascinatie voor het duistere.

Indonesië is door sociaal-antropologen kapot bestudeerd en dat heeft mooie werkstukken opgeleverd in de discipline van de prinses van de sociale wetenschappen. Het boek van Wieringa, geeft die andere kijk, die beleving een mooie plaats. Het mooiste stuk om te lezen? De beschrijving van de bootreis van Indië naar Nederland. Wat  was dat een vervelende, saaie tocht.

Berto Merx

Jan Wieringa: Mijn geliefd tropenland. Uitgeverij Boekscout, Soest. Prijs: 21,50 euro. Op voorraad bij DA The Read Shop in Leens.

Cookieinstellingen