Streektaalfunctionaris Nienhuis gaat in op jongeren en het Gronings

Foto: Jan Glas

Sterft de Groningse taal af tot een ouderwets dingetje of is er sprake van een vitale aanpassing aan de samenleving? Streektaalfunctionaris Ingeborg Nienhuis  gaat hier op in tijdens haar lezing die ze vrijdag a.s. in de kerk van Vierhuizen houdt.

‘Uit mijn onderzoek blijkt dat er zich een verschil in het gebruik van het Gronings tussen generaties aan het ontwikkelen is. Je kunt stellen dat de oudere generatie het Gronings gebruikt naar gelang de situatie. Bij de bakker, in de sportkantine spreekt men Gronings. In formelere situaties zoals in politiek of andere gelegenheden gaat men over op het Nederlands, omdat men zich toch ongemakkelijk voelt  om in zulke situaties Gronings te spreken, aldus de streektaalfunctionaris.

Uit haar onderzoek komt naar voren dat jongeren veel minder strak in deze wissel van Nederlands en Gronings zijn. Ingeborg: ‘Jongeren blijken het Nederlands ook maar een van de mogelijkheden te vinden, naast het Engels en het Arabisch. Zij streven er naar een tamelijk accentloos Nederlands te spreken en naar gelang de situatie schakelen ze over op het Gronings. Hierbij speelt het ongemakkelijke gevoel dat de ouderen kunnen hebben nauwelijks een rol. Mijn lezing gaat er over hoe de verschillende generaties van taal wisselen en welke waarde dat voor hen heeft.’

Het is er ook leuk bij de voordracht van Nienhuis. Na afloop van de lezing is een ‘krougkwis’. ‘Ik noem het maar ‘kwis’ want er is eigenlijk geen Gronings woord voor ‘quiz’,’zegt Ingeborg met humor.

 

Tekst: Berto Merx

Foto: Jan Glas

Cookieinstellingen